01
/
01
/
LISA PETERS

Wie de broek past, trekke hem aan

Mannen in jurken? Vrouwen met uit de
kluiten gewassen bomberjacks? Volgers
van de ‘genderneutrale’ kledingtrend
doen niet aan mode voor ‘hem’ of ‘haar’.

TEKST LISA PETERS FOTOGRAFIE SANNE ZURNE

Elke ochtend sta je voor dezelfde keuze: wat trek je aan vandaag? Wordt het een nette broek of een mantelpak? Ga je voor dat overhemd of toch liever die jurk? Misschien sta je er nooit bij stil, maar je kledingkeuze wordt vrijwel volledig gestuurd door of je een man of vrouw bent. Welk geslacht je hebt draag je – letterlijk – uit met je kleding.

Een hedendaagse trend verstoort deze traditionele man-vrouwverdeling: ‘genderneutrale’ kleding. Wat dat precies is, zie je bij Nobody Has To Know (NHTK), de eerste genderneutrale kledingwinkel in Amsterdam, die twee jaar geleden zijn deuren opende. De rekken hangen vol kleren in grauwe kleuren, met rechte lijnen en weinig opsmuk. Denk aan gebreide truien, effen shirts en zwarte bomberjacks. Voor hem, haar en iedereen die daartussen twijfelt.

Genderloze eenheidsworst

De strikte scheiding tussen mannen- en vrouwenkleding doorbreken, dat is het doel van NHTK. Ze zijn niet voor een genderloze eenheidsworst, maar willen juist meer bewegingsvrijheid creëren. “Mijn vriend shopte wel eens op de damesafdeling, daar werd gek over gedaan,” zegt oprichter Hannah van Dijck. Toch bestaat het publiek in haar winkel voor zeventig procent uit vrouwen, schat Van Dijck.

Ook winkels als Weekday, Zara en H&M hebben genderneutrale collecties. Maar echt ‘neutraal’ is die kleding niet, volgens Linda Duits, docent genderstudies aan de UvA. “Mannelijke kleding, zoals grote truien en wijde jassen, worden steeds toegankelijker voor vrouwen. Maar jurken en hakken voor mannen zijn nog lang niet geaccepteerd. Dan wordt zo’n man al snel als homo gezien,” zegt Duits.

De oprichters van kledingmerk NHTK zien dat anders. “Mannen dragen tegenwoordig ook skinny jeans en lange T-shirts,” zegt Jiske Snoeks. En inderdaad, de mannelijke en vrouwelijke paspoppen in de winkel aan de Keizersgracht poseren beide in lange gewaden van spijkerstof. Voor een vrouw zou je het kledingstuk als ‘jurk’ omschrijven. Onder de noemer ‘lange top’ wordt het ook aan mannen verkocht.

Uniseks

Toch wringt het woord ‘genderneutraal’ als het om dit soort kleding gaat. De dragers ervan zijn namelijk niet genderloos – ze gebruiken hun kleren juist bewust om uit de hokjes van ‘man’ of ‘vrouw’ te stappen. Ze vormen een voorhoede die niet bang is om op te vallen, zoals de portretten van vier Amsterdammers hiernaast laten zien.

Duits verwacht dat de trend beperkt blijft tot deze voorlopers. “Eigenlijk is het gewoon uniseks,” zegt ze. “Kleding voor mannen én vrouwen.” Een seksloze term, volgens de oprichters van NHTK, waar ze niet van houden. Want behalve stellen met identieke Gaastrajassen, zal een unisekswinkel weinig klanten trekken. “Als merk is het inderdaad slimmer om in te spelen op ‘genderneutraal’, want dat klinkt hip,” zegt Duits. Lang niet iedereen is daar overigens klaar voor. “Is de mannenafdeling beneden?” krijgen ze bij NHTK nog regelmatig te horen.

© Sanne Zurné

© Sanne Zurné


Hilde Atalanta (28), illustrator

“Als ik vroeger in een jurkje op de fiets zat, werd ik bekeken en nagefloten door mannen. Dat vind ik niet prettig, dus draag ik zulke kleding niet langer buitenshuis. Vrouwen worden geacht om hun vormen te laten zien met strakke kleding. Voor mij voelt het juist ongemakkelijk als de buitenwereld mij als ‘vrouw’ ziet, omdat het een incomplete versie van mij is.

In mijn omgeving is veel vrijheid om je te kleden zoals je wilt. Een goede vriend draagt af en toe jurken, daarin voelt hij zich goed. Op straat wordt hij vaak nageroepen en uitgescholden. Het zou aanstellerig en gay zijn, maar over hoe de jurk zijn vormen accentueert hoor je niemand.

Mijn stijl is jongensachtig, dandy. Ik draag graag brogue schoenen met mooie sokken, een pantalon en bloesjes met openstaande kragen. Ik voel me comfortabel in zulke kleding, maar volledig loskomen wat anderen van me denken lijkt onmogelijk. In een wereld waarin iedereen mag dragen wat ie wil, ga ik in een baljurk over straat.”

© Sanne Zurné

© Sanne Zurné

Julian Pechler (30), stylist

“Ik heb heel lang haar gehad. Dat combineerde ik met stoere kleding, waardoor ik er androgyn uitzag. Toen ik het afknipte, ging ik me ook anders kleden. Ik speel nog altijd met de verwachting van hoe een man en een vrouw eruitzien.

Tegenwoordig is mijn kleding grotendeels gender-free. Ik draag kleren die niet per se vrouwelijk zijn, maar ook niet uitgesproken mannelijk. Soms vind ik het fijn om het randje op te zoeken, om dingen te dragen die bijna ‘fout’ zijn, of eruitzien alsof ze uit de verkleedkist komen. Op andere momenten val ik liever niet op. Het hangt af van mijn stemming.

Voor mijn werk kom ik vaak op vrouwenafdelingen. Ik voel me daar altijd bekeken. Dan zie je mensen denken: die arme jongen is op de verkeerde verdieping. Roze spullen en jurken zijn voor meisjes, wordt ons al van jongs af aan ingeprogrammeerd. De uitkomst daarvan is toch best pijnlijk.”

© Sanne Zurné

© Sanne Zurné

Janne Timmer (17), VWO-scholier en singer-songwriter

“Twerk it! en You’re Beautiful staat er vaak op vrouwenshirts. Mannenshirts zijn altijd leuker, met toffere prints en teksten. Ik vind het stom dat er typische mannen- en vrouwenkleren bestaan. Meestal mix ik kleding, ik draag veel oversized truien, jassen en shirts. Ik trek ook wel eens kleren van mijn vader aan. Die zitten lekker en ik vind het leuk om me te onderscheiden.

Als je honderd meisjes van mijn school naast elkaar zet en ze van achteren bekijkt, lijken ze allemaal op elkaar: lang haar, zwart leren jasje, spijkerbroek en sneakers. Ik ben de enige op mijn school met kort haar en zie er best stoer uit.

Daardoor ben ik een beetje een buitenbeentje, maar ik word wel geaccepteerd. Ik maak muziek en mensen vinden het leuker om te luisteren naar iemand die er interessant uitziet, die ze prikkelt.”

© Sanne Zurné

© Sanne Zurné

Chlóë Matanja (24), fotograaf

“Hoe mensen op me reageren wordt enorm bepaald door wat ik draag. Het varieert van ‘Wat zie je er lekker uit, poppetje,’ tot ‘Is dat nou een meisje of een jongen?’ Ik denk vooral: laat me maar gewoon. Mijn kledingstijl wisselt per dag, maar ik kleed me liefst zo comfortabel mogelijk. Ik voel me beslist vrouwelijker als ik vrouwenkleding draag, maar als ik ’s avonds laat nog met de metro moet, ga ik liever voor neutrale kleren.

Het enige verschil tussen mijn broeken en blouses en die van mijn vriend, is dat knopen bij mannenkleding rechts zitten en bij vrouwenkleren meestal links. Hij droeg een keer een jurkje van mij waarvan hij dacht dat het een lang hemd was. Dat stond hem prima.

Ik denk dat genderneutrale kleding niet neutraal maakt. De uitstraling ervan hangt af van de drager. Neem de zoon van Will Smith, Jaden. Hij liep laatst in een rok en dat zag er echt cool uit, ook omdat hij zo zelfverzekerd is.”

Het Parool, 24 oktober 2016